De dialoogschool… Quoi?

Het aanbieden van religieuze rituelen is geen kernopdracht van het onderwijs

Reactie op het ‘dialoogschool’-debat dat meteen na bekendmaking van het project (mei 2016) losbarstte…
En iets over de vrijheid van onderwijs… (om scholen op te richten volgens een eigen pedagogische visie)

Dat de proefballon (of was het toch een bommetje?) van Lieven Boeve over de Dialoogschool tot zo’n massale bokswedstrijd zou leiden, had ik toch niet verwacht. Posities werden ingenomen, standpunten verdedigd, rechtse hoeken en linkse uppercuts werden kwistig uitgedeeld. Mw. Raymonda Verdyck riep zichzelf al uit tot winnaar, dhr. Bart De Wever stond aan de zijlijn te vloeken en een zekere Hanaa Boubouh zuchtte: ‘eindelijk, het werd tijd’. En onderwijl ging het helemaal niet over het onderwijs, maar over islam en hoofddoeken en gebedsruimtes op school, en of die dan ook toegankelijk zouden zijn voor spaghettipandragers.

‘Het aanbieden van religieuze rituelen is geen kernopdracht van het onderwijs’

Wat is de kerntaak van een school eigenlijk?

Niemand, behalve een directeur uit Brugge, stelde de juiste vraag: die naar het pedagogisch project van de school. Daar zou het over moeten gaan. We hebben het hier toch over een school, dat wil zeggen over onderwijs, niet over een kerk! Welnu, alle jongeren van dit land hebben recht op onderwijs, ongeacht welke godsdienst ze (of hun ouders) aanhangen. Dus natuurlijk zijn moslims welkom op school, en als zij het gevoel hebben dat ze de toegang tot het onderwijs wordt ontzegd, dat moet dat aangeklaagd worden.We leven in een rechtstaat en er zijn regels. Of het dragen van de hoofddoek hiertoe behoort, is juridisch, filosofisch en theologisch omstreden. Het is een typisch voorbeeld van hoe moeilijk religieuze markers vast te leggen zijn. Het verschilt per tijd, plaats en persoon. Maar komaan, mensen, daar komen we toch wel uit met elkaar. Niet door te boksen, maar door te praten.

Wat ik hier zeggen wil: Het aanbieden van religieuze rituelen hoort in elk geval niet tot de kernopdracht van het onderwijs, dat is meer iets voor het departement erediensten (en daar zijn aparte geldstromen voor). Ouders die dat op school ook willen voor hun kinderen kunnen proberen een eigen school op te richten door een pedagogisch project uit te werken, waarbinnen die religieuze component een eigen plaats krijgt. De staat heeft zich daar niet mee te moeien.

Ademruimte in het personeelsbeleid

Dat is nu juist de vrijheid van onderwijs. De huidige rooms-katholieke scholen hebben hier een historische voorsprong op alle andere scholen, maar dat verandert aan het principe niets. Het zijn ‘vrije scholen’. Ik zelf zou dan ook het katholieke net willen adviseren om de band met de Kerk toch wat losser te maken, om pedagogisch-didactisch echt de vleugels te kunnen uitslaan. Zonder directe link met het instituut kunnen scholen op hun eigen wijze hun voordeel doen met al die wijsheid die vele eeuwen christendom heeft opgeleverd. Tevens zou het maatschappelijk draagvlak voor deze scholen enorm verbreden, om nog maar te zwijgen van de ademruimte in het personeelsbeleid.

‘Goed onderwijs werkt altijd emanciperend.’

Laat maar komen die vrije scholen (islamitische en andere)…

Trouwens: ook andere levensbeschouwingen (of beter: burgers met een andere visie op het leven) mogen zich van mij verenigen en proberen een eigen vrije school op te richten. De protestanten deden/doen het met mate, antroposofen en vrijzinnigen ook. De samenleving hoeft voor zulke scholen ook niet bang te zijn, ook als die dan misschien een andere religieuze of levensbeschouwelijke kleur hebben, i.c. islamitisch. Kijk ook eens over de grens zou ik zeggen. De reformatorische scholen in Nederland bestaan al jaren en daar dragen de meisjes lange rokken en staat de Bijbel centraal, inclusief het psalmgezang, maar heus: als ze van school komen met diploma zijn ze echt geen fundamentalisten hoor. Goed onderwijs werkt altijd emanciperend. Wij moeten er dus alleen maar op toezien dat de eindtermen worden gehaald (zonder een zekere centrale toetsing zal dat niet gaan) en dat de leerkrachten zijn opgeleid in functie van het (kunnen) behalen van die eindtermen, en natuurlijk: dat het pedagogisch project van zo’n school deugt, d.w.z. past binnen de ‘waarden-consensus’ van een plurale samenleving die seculier wordt aangestuurd.
Ik ben dus benieuwd om van moslim-pedagogen eens te vernemen hoe zij het onderwijs tout court eigenlijk zien en hoe zij met eventuele islamitische vrije scholen denken te kunnen bijdragen aan de opleiding van hun (onze) jongeren. Het zou in elk geval al een verrijking zijn van ons tamelijk monotone scholenlandschap, dat nog steeds beheerst (en beheerd) wordt volgens de oude zuilenmaatschappij die Vlaanderen al lang niet meer is.

Kortom: “Alle scholen vrije scholen” en de koepels enkel nog ter ondersteuning !